Waarom Aldi je plots vijf keer per maand in de winkel wil zien

Jarenlang hield Aldi voet bij stuk: bij ons geen spaarpuntjes, geen kortingskaarten, gewoon lage prijzen voor iedereen. Maar dat principe laten ze nu deels los. Na een testfase in West-Vlaanderen rolt de keten vanaf 21 juli een digitale klantenkaart uit in heel België.

Voor het eerst loont het dus ook bij Aldi om de app boven te halen aan de kassa. Klanten krijgen voortaan punten per aankoop, die ze kunnen inruilen voor kortingen of gratis producten. Maar er zit meer achter dan zomaar wat extra voordeel.

“Het principe is: hoe trouwer de klant is en hoe vaker die komt, hoe meer die bespaart", zegt Aldi-woordvoerder Jason Sevestre in Het Nieuwsblad.

Het “vijf keer”-trucje
Bijzonder aan het systeem zijn de zogenaamde ‘challenges’. Zo krijg je extra punten als je vijf keer per maand naar de winkel gaat. Een bewuste keuze, volgens retailexpert Els Breugelmans (KU Leuven): “Gemiddeld gaat een trouwe klant vier keer per maand winkelen. Door het doel nét iets hoger te leggen, lok je mensen vaker naar de winkel zonder dat het overdreven aanvoelt.”

Aldi geeft dat zelf ook toe. Het gaat niet alleen om belonen, maar ook om klanten vaker te laten terugkomen.

Meer dan puntjes sparen
Volgens Breugelmans draait het puntensysteem niet enkel om klantentrouw. “Aldi krijgt via dit systeem plots véél meer data over het koopgedrag van klanten. Daarmee kunnen ze gerichter reclame maken, winkels handiger inrichten én zelfs plaats verkopen aan merken die zichtbaarder willen zijn in de app.”

Een bekende tactiek binnen de wereld van zogenaamde retail media: hoe meer mensen de app gebruiken, hoe aantrekkelijker die digitale ruimte wordt voor adverteerders. En dus: hoe meer potentieel voor inkomsten, zelfs zonder dat er iets in het winkelrek verandert.

Aldi volgt Lidl (en de rest)
Dat Aldi nu pas met een klantenkaart komt, verbaast Breugelmans niet. “Net als Lidl hebben ze lang vastgehouden aan het discountermodel: geen franje, enkel lage prijzen. Maar stilaan schuiven ze op richting de klassieke supermarkt. Hun winkels zijn moderner, ze verkopen A-merken en nu zijn er dus ook puntensystemen. Dat is geen toeval.”