Een boete achter de ruitenwisser. Het overkomt duizenden Belgen dagelijks, vaak tot hun eigen verbazing. “Ik wist niet dat dit niet mocht,” klinkt het dan. Maar hoe komt het dat zoveel mensen fout
parkeren zonder dat ze het beseffen? Het antwoord ligt niet alleen bij onwetendheid, maar ook bij de steeds complexere verkeerssituaties en verwarrende signalisatie.
Wegcode niet altijd even duidelijk
Volgens de Belgische wegcode zijn er tientallen regels die bepalen waar je al dan niet mag parkeren. Maar in de praktijk blijken veel van die regels moeilijk te interpreteren voor wie geen jurist is. Zo mag je bijvoorbeeld niet parkeren binnen vijf meter van een zebrapad, maar die afstand staat nergens aangeduid. Je moet dus zelf inschatten of je wagen wel ver genoeg staat.
Bovendien zijn er uitzonderingen die verwarring zaaien. In sommige gemeenten mag je wél parkeren op het trottoir als het expliciet toegelaten is met een bord. In andere gemeenten is dat dan weer streng verboden, zelfs als je niemand hindert. Die lokale verschillen maken het er niet eenvoudiger op.
Onzichtbare verkeersborden en wegmarkeringen
Een ander veelvoorkomend probleem zijn borden die achter struiken of geparkeerde wagens verdwijnen, of wegmarkeringen die door slijtage amper nog zichtbaar zijn. Vooral op drukke plaatsen waar parkeerregels regelmatig veranderen, zoals bij scholen, ziekenhuizen of in stadscentra, raken bestuurders snel het overzicht kwijt.
Daarnaast worden tijdelijke verkeersmaatregelen vaak aangekondigd met kleine borden, soms ver van de plek zelf. Wie een parkeerplaats neemt op zondagavond en pas dinsdagochtend terugkomt, merkt dan te laat dat er op maandag een marktkraam stond. De boete ligt dan al in de bus.
Digitalisering maakt het soms nog ingewikkelder
De opmars van digitale parkeertoepassingen en betalende zones maakt het parkeerlandschap nóg complexer. In veel steden zijn de klassieke parkeermeters vervangen door apps en QR-codes. Maar wie niet mee is met de digitale tools, of een fout maakt bij het activeren van een parkeersessie, riskeert een boete zelfs al lijkt de wagen perfect geparkeerd.
Ook bezoekerszones, bewonerskaarten en vergunningsgebieden zorgen voor verwarring. Wie een straat binnenrijdt waar parkeren alleen met vergunning mag, ziet dat vaak pas na het parkeren – als er tenminste een bord stond op het begin van de zone.
Parkeren in stadsrand of op privéterrein: andere regels
Niet alle parkeerregels vallen trouwens onder de klassieke wegcode. Op parkings van supermarkten, winkelcentra of privéterreinen gelden vaak andere afspraken. Daar werken uitbaters met eigen controlesystemen, waarbij de tolerantie vaak lager ligt. Wie zijn parkeerschijf vergeet of net te lang blijft staan, krijgt al snel een ‘retributie’ van een privéfirma.
In winkelzones buiten het stadscentrum zijn die regels niet altijd even duidelijk aangeduid, en lang niet iedereen weet dat zulke firma’s geen boetes uitschrijven in naam van de overheid, maar wel geld vragen voor het gebruik van hun terrein.
Wat kan je doen om fouten te vermijden?
Hoewel de parkeerregels soms verwarrend zijn, is er veel dat je als bestuurder wél kunt doen om verrassingen te vermijden. Zo loont het om kort rond te kijken naar borden en wegmarkeringen, zelfs als het lijkt alsof anderen er ook gewoon staan. Controleer ook of je niet vlak bij een zebrapad, kruispunt of garagepoort parkeert.
In steden is het slim om na te gaan of je in een vergunningszone staat of in een betalende zone, en dubbel te checken of je parkeerapp correct is gestart. En als je op een privéparking staat: zoek het reglement even op bij de ingang of op je ticket.
Want zelfs al bedoel je het goed, de boete komt er meestal toch.