Op het eerste gezicht klinkt het als goed nieuws: de spilindex is overschreden en dat betekent 2 procent extra voor uitkeringen, pensioenen en ambtenarenlonen. Toch is het enthousiasme misplaatst, waarschuwt geldexpert Paul D’Hoore in
Het Laatste Nieuws. “Voor veel mensen voelt dit pas later als een echte loonstijging.”
Wie krijgt wanneer iets extra?
Sinds een recente wetswijziging werkt de indexering bij de overheid niet meer automatisch vanaf de maand na de overschrijding. Alles wat door de overheid wordt uitbetaald — pensioenen, uitkeringen en lonen van ambtenaren — wordt pas drie maanden later aangepast. Concreet betekent dat: niet in januari, maar pas in maart.
Dat uitstel is nieuw en zorgt voor verwarring. “Mensen horen ‘spilindex overschreden’ en denken dat ze het meteen voelen, maar dat klopt niet meer”, benadrukt D’Hoore.
Privésector: geen eenheidsworst
Voor werknemers in de privésector ligt het verhaal minder eenduidig. Daar bestaat geen vaste kalender. De indexering hangt af van de sector en het paritair comité. Veel bedienden zien hun loon wél in januari stijgen, maar voor arbeiders of andere sectoren kan dat later zijn, of zelfs slechts één keer per jaar.
Ook flexijobbers worden niet vergeten. Wie een officiële flexijob uitoefent, heeft recht op indexering, al wordt die vaak automatisch verwerkt zonder dat het expliciet opvalt op de loonbrief.
Nieuwe rem op automatische index
Daarnaast speelt er nog iets op de achtergrond. De regering besliste eerder om de automatische indexering de komende jaren twee keer te beperken. Dat gebeurt via de zogenaamde ‘centenindex’. Normaal volgen lonen de inflatie volledig, maar die koppeling wordt deels afgezwakt.
Vooral wie meer verdient, voelt dat verschil. Werknemers met een bruto maandloon boven 4.000 euro zullen hun loon minder snel zien stijgen dan wat de inflatie eigenlijk zou vereisen. “Het klinkt technisch, maar het komt erop neer dat de koopkrachtgroei bij hogere lonen wordt afgeremd”, legt D’Hoore uit.
Nog veel onduidelijkheid
Opmerkelijk: die centenindex zal niet in januari ingaan. De wetgeving is nog niet afgerond en het is voorlopig onduidelijk wanneer en hoe de maatregel exact wordt toegepast. Dat zorgt voor extra onzekerheid bij werknemers en werkgevers.
Wat betekent dit nu concreet?
Voor wie een pensioen of uitkering ontvangt, is het duidelijk: geduld is nodig tot maart. Voor werknemers in de privésector hangt alles af van hun sector, loon en contract. En voor wie hoopt op een royale loonstijging: de overheid zet steeds vaker de rem op automatische groei.
Of zoals Paul D’Hoore het samenvat: “De index werkt nog, maar hij voelt minder vanzelfsprekend dan vroeger.”