Het is vandaag dertig jaar geleden dat An Marchal (17) en Eefje Lambrecks (19) op vakantie aan de kust ontvoerd werden door Marc Dutroux en zijn kompaan Michel Lelièvre. De meisjes keerden nooit terug naar huis. Voor Paul Marchal, vader van An, blijft de pijn onuitwisbaar.
Op 22 augustus 1995 gaven Paul en zijn echtgenote Betty hun dochter nog een laatste kus op het perron van Hasselt. Het werd een afscheid dat ze nooit hadden kunnen vermoeden. “Je kind verliezen voelt onnatuurlijk aan. En al zeker op zo’n manier", vertelt Marchal in De Zondag.
Dertig jaar later klinkt de pijn nog altijd even hard door. “We missen An elke dag. Vooral op speciale momenten, zoals verjaardagen en de feestdagen. We hebben zelfs lange tijd een lege stoel aan tafel gezet, want ze moest erbij zijn. Eigenlijk is ze er nog altijd. Bij belangrijke beslissingen vragen we ons af wat An zou denken. Ze blijft een vitaal deel van ons leven.”
Bloemen en herinneringen
Marchal herinnert zich ook de Witte Mars van oktober 1996. Meer dan 300.000 mensen stapten door Brussel, in stilte maar vol woede en verdriet. “Onderweg werd ik overladen met bloemen. Zoveel dat ik ze niet meer kon dragen. Voor mij stond dat gewicht symbool voor An: ik droeg mijn dochter mee in de Mars.”
Hoewel er sindsdien veel veranderd is – zoals de oprichting van Child Focus en de Cel Vermiste Personen – blijft er ook diepe frustratie. “Michelle Martin kwam vervroegd vrij na zestien jaar. Dat is een enorme fout. Onze kinderen kregen nooit een tweede kans.”
An blijft aanwezig
Paul en Betty dragen hun dochter overal mee. “Haar foto staat centraal in onze woonkamer, ik bezoek haar graf en praat vaak met haar. Soms zeg ik haar dat ze niet voor niets gestorven is. Maar wat we ook doen, de wonde heelt nooit. An was maar zeventien jaar bij ons, maar het waren zeventien prachtige jaren.”