Het applaus, de glimlach, het contact met zijn fans — voor
Luc Steeno blijft het optreden een van de mooiste dingen die er zijn. Maar achter die stralende podiumman schuilt een lichaam dat almaar meer protesteert. “Tijdens corona wandelde ik nog elke dag een uur met de hond", zegt hij. “Vandaag lukt dat amper nog.”
Het contrast had niet groter kunnen zijn. Terwijl hij zich vroeger moeiteloos door zijn dagen bewoog, wordt elke stap intussen een kleine uitdaging. Dat begon allemaal na een val van de trap. Aanvankelijk leek het een onschuldige kneuzing, maar maanden later sleept de pijn nog steeds aan. Vooral zijn knie blijft hem parten spelen. “Het zorgt voor veel hinder, zeker bij het stappen", geeft Luc toe in Primo.
De stilte achter de schermen
Voor het publiek verandert er weinig: Luc staat er nog altijd, zingend, glimlachend, professioneel. Maar wie hem achter de coulissen bezig ziet, merkt dat het niet vanzelf gaat. Elke show vraagt planning. Zit de opgang niet te stijl? Moet hij lang rechtstaan? Alles wordt afgewogen. En intussen wacht hij op de uitslag van een MRI-scan. “Om te weten of het om slijtage of een echte blessure gaat", klinkt het.
Toch zal hij ook deze zomer weer op het podium staan. Niet omdat het moet, maar omdat het sterker is dan hemzelf. “Dat contact met het publiek geeft mij energie", zegt hij vastberaden. Zelfs nu, met een knie die niet mee wil, laat hij de optredens niet zomaar los. Zijn lichaam moet zich aanpassen, maar zijn motivatie is ongewijzigd.