“Ik heb 35 jaar niet gereden.” Het is een uitspraak die weinig uitleg nodig heeft, zeker als ze komt van
Herman Brusselmans. Toch zit er vandaag opnieuw een sleutel in zijn zak. Sinds kort rijdt de schrijver met een Alfa Romeo door Vlaanderen, een beslissing die hij zelf enkele maanden geleden nog ondenkbaar vond.
De reden voor die lange pauze is duidelijk. “Dat had te maken met alcoholisme en paniekaanvallen: ik was altijd bang in de auto.” Autorijden was jarenlang geen optie. Tot zijn leven veranderde.
Het vaderschap als kantelpunt
Sinds de komst van zijn zoontje Roman ziet het dagelijkse leven van Brusselmans er anders uit. Uitstappen die vroeger niet in beeld kwamen, zijn plots realiteit. “We moeten met de kleine naar de speeltuin, de Efteling, Plopsaland, enzovoort.” Met alleen de trein bleek dat geen haalbare kaart. “Met de trein is dat allemaal niet te doen met de kinderwagen, en dan ook nog eens een hond erbij.”
De conclusie volgde vanzelf. “Er zat dus niets anders op dan een auto te kopen.”
Twijfel na de aankoop
De beslissing voelde aanvankelijk vreemd aan. “Toen ik hem gekocht had, dacht ik: waar ben ik aan begonnen? Ik heb zo lang niet gereden.” Maar die twijfel bleef niet duren. “Het bevalt mij, ik vind het leuk.” De plannen zijn meteen concreet. “Straks rijden we naar Eindhoven en volgende week naar Amsterdam.”
De aankoop bleef niet onopgemerkt. Op Radio2 noemde Ruben Van Gucht het zelfs “de primeur van de eeuw”.
Toch vaak met de taxi
Opvallend genoeg is de auto niet zijn standaardvervoer in Gent. De stad maakt het hem niet makkelijk. “Als je van de auto van mijn huis naar school moet, moet je heel de ring van Gent doen, en die is opgebroken.” Fietsen ziet hij evenmin zitten. “Met die fiets vind ik het te koud, en te gevaarlijk aan de Zuid.”
De oplossing is verrassend eenvoudig. “Dus bel ik taxi Pancho en vraag ik aan hem om mij te brengen en de kleine te gaan ophalen.” Zijn vriendin Lena bevestigt dat hij Roman bijna dagelijks zo ophaalt. “Van mij mag hij de auto toch wel een beetje meer gebruiken.”