De Nutri-Score is een voedingslabel dat producten een score geeft van A (donkergroen, gezondste keuze) tot E (rood, minst gezond). Het systeem werd in 2017 ontwikkeld in Frankrijk en is sindsdien in verschillende Europese landen ingevoerd, ook in België. Tot nu toe was het gebruik vrijwillig: producenten en supermarkten mochten zelf beslissen of ze het label vermeldden.
Dat zou binnenkort veranderen. Binnen de Europese Commissie ligt een voorstel op tafel om Nutri-Score verplicht te maken op alle verpakte voedingsmiddelen. Het doel: consumenten duidelijker informeren en ongezonde keuzes ontmoedigen.
Wat betekent dat concreet voor de consument?
Voor Belgische consumenten zou dit de winkelervaring ingrijpend veranderen. Waar je vandaag soms nog moet zoeken naar de Nutri-Score, zou het label straks op elk pak koekjes, elke fles frisdrank en elk pak pasta staan.
Dat maakt vergelijken veel eenvoudiger. In één oogopslag zie je of de ontbijtgranen van merk A gezonder scoren dan die van merk B. Ook voedingsmiddelen die nu nog zonder label verkocht worden – vaak omdat producenten minder goede scores willen verbergen – zullen verplicht transparant moeten zijn.
Volgens voedingsdeskundigen kan dit consumenten helpen om gezondere keuzes te maken. Vooral bij sterk bewerkte producten en snacks kan het verschil groot zijn.
Impact op supermarkten
Voor supermarkten betekent de verplichting dat hun rekken er anders zullen uitzien. Producten met een A- of B-label kunnen meer in de kijker gezet worden, terwijl rode scores misschien minder aantrekkelijk worden gepresenteerd.
Retailers zullen ook druk voelen om hun huismerken te verbeteren. Als een pak soep van het huismerk standaard een D of E scoort, terwijl de concurrent een B haalt, kan dat klanten doen overstappen. De kans is groot dat supermarkten hun recepturen aanpassen om betere scores te behalen.
Reacties uit de voedingsindustrie
Niet iedereen is enthousiast. Producenten van kazen, vleeswaren en traditionele producten wijzen erop dat Nutri-Score soms een vertekend beeld geeft. Een camembert krijgt bijvoorbeeld vaak een D of E, terwijl het nog steeds een bron van calcium is. Ook olijfolie scoort niet altijd optimaal, terwijl wetenschappers erover eens zijn dat het een gezonde vetstof is.
De Europese Commissie wil daarom nog finetunen hoe de berekeningen gebeuren, zodat traditionele en mediterrane producten niet onterecht benadeeld worden. Toch blijft de kern hetzelfde: meer transparantie voor de consument.
Wat zegt de Belg zelf?
Uit bevragingen blijkt dat de meeste Belgen positief staan tegenover Nutri-Score. Volgens een peiling van Test-Aankoop gebruikt meer dan de helft van de consumenten het label actief bij hun aankopen. Vooral jonge gezinnen en gezondheidsbewuste shoppers vinden het handig.
Toch zijn er ook twijfels. Sommigen vrezen dat een label te simplistisch is en dat nuance verloren gaat. Een product kan een goede score halen omdat het weinig calorieën bevat, maar tegelijk veel kunstmatige zoetstoffen hebben. Het blijft dus belangrijk om verder te kijken dan enkel de kleurcode.
Een stap naar meer transparantie
De kans is groot dat Nutri-Score in de komende jaren effectief verplicht wordt in de hele EU. Voor België betekent dat vooral meer duidelijkheid in de supermarkt en wellicht ook een verschuiving in aanbod. Producenten en retailers zullen onder druk komen te staan om gezondere producten te ontwikkelen en beter te communiceren.
Voor consumenten is het vooral een hulpmiddel. Het label neemt geen beslissingen in jouw plaats, maar maakt het wel makkelijker om bewuste keuzes te maken. En wie weet wordt de wekelijkse winkelkar daarmee een stukje groener.